Actueel
IREM-studie: effectieve, kortdurende behandelingen voor gevolgen jeugdtrauma’s
Componence Asset List
29 september 2020

Heel lang leefde het idee dat patiënten met een vroegkinderlijk trauma te kwetsbaar zijn om een behandeling aan te kunnen en dat zij beter steunende gesprekken kunnen krijgen. Terwijl dergelijke trauma’s niet alleen kunnen leiden tot een post-traumatische stressstoornis (PTSS), maar ook tot andere psychische klachten, zoals depressie, verslaving en persoonlijkheidsproblematiek. In de IREM-studie is onderzocht hoe deze patiënten geholpen kunnen worden. Twee behandelmethodes werden daarbij vergeleken: EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing) en ImRs (imaginaire rescripting).
De deelnemende patiënten volgden een kortdurend, intensief traject (12 maal 90 minuten), en dat bleken ze goed te kunnen volhouden. Slechts 7,7% van de deelnemers haakte af, een uitzonderlijk laag percentage. Belangrijker is dat zowel EMDR als ImRs goede behandelresultaten geeft. De PTSS-symptomen namen significant af, bleek zowel uit metingen als uit de zelfrapportages van de deelnemers. Ook hadden de deelnemers minder last van bijkomende psychische klachten. Patiënten die lijden aan een PTSS als gevolg van een jeugdtrauma kunnen, kortom, goed en effectief behandeld worden met EMDR of ImRs.
“De therapeut voelde aan dat ik er nog niet aan toe was. Ik bleef wat argwanend.. Ze bleef vragen stellen totdat we bij de kern van mijn kindertijd kwamen. Dingen die ik al vergeten was, dingen waarvan ik niet wist dat ik ze had meegemaakt kwamen op.”
Het internationale IREM-onderzoek vergelijkt EMDR en ImRs als behandelingen voor PTSS (post-traumatische stressstoornis) als gevolg van trauma’s uit de kindertijd (voor het zestiende levensjaar). Het vervolgonderzoek (het IREM Freq onderzoek) wordt opnieuw uitgevoerd in Australië, Duitsland en Nederland en richt zich op het effect van frequentie van de behandeling (1-2 maal per week) op de behandelresultaten.